Iedere maand schrijf ik een kort portret van de vrijwilliger van de maand bij Senioren Goirle. Hieronder zijn ze allemaal te lezen.
Even wat achtergrond om Chris Brock te plaatsen: hij woonde oorspronkelijk in de Kerkstraat en woont momenteel op de Bakertand in een boerderij die van zijn opa en oma was. De Bakertand is een oeroud gehucht van Goirle, het was in de jongste geschiedenis (na 1996) vijftien jaar Tilburg, maar is nu weer Goirle. Chris ging als kind naar de Tarcisiusschool, als opgroeiende jongen naar het gymnasium van de Scheutisten in Vught, bekwaamde zich tot fysiotherapeut, en werkte als zodanig 40 jaar lang in het TweeSteden Ziekenhuis. In 2016, bij de fusie van TweeSteden met Elisabeth, is hij met pensioen gegaan. De laatste jaren was hij naast behandelend fysiotherapeut ook organisatorisch manager van de paramedische behandelafdelingen. Door Piet Verschure z.g. is hij gevraagd vrijwilliger te worden binnen KBO Goirle. Chris zet zich op woensdagochtend in voor een groep van 43 personen: “meer bewegen voor ouderen”, in de Vendelier. Mensen die weinig aan sport gedaan hebben of door beperkingen en leeftijd aangepaste vormen nodig hebben. Kracht, mobiel blijven, evenwicht, coördinatie en valpreventie zijn hier belangrijk. Daarnaast komt Chris bij mensen thuis als onafhankelijk cliëntondersteuner of ouderenadviseur. Opgeleid door KBO Brabant probeert hij als vrijwillige onafhankelijke cliëntondersteuner mensen te ondersteunen bij zelfredzaam te blijven. Samen met hen zoeken naar oplossingen en zo nodig begeleiden van een WMO-aanvraag richting gemeente. Chris benadrukt dat hij altijd voor iedereen, lid of geen lid, bereikbaar is op 06 81 55 81 82 en via chrisbrockkbo@gmail.com. Dus heb je zin om mee te doen bij Meer Bewegen Voor Ouderen of heb je advies en steun nodig, bel of mail! Neem wel contact op voor je de aanvraag doet! Hij vindt het belangrijk dat hij dit werk als vrijwilliger mag doen. Ik vraag hem of die gedrevenheid iets met de Scheutisten van weleer te maken heeft. Hij herleidt zijn gedrevenheid uit zijn ervaringen in zijn jeugd. Zijn ouders hadden opa en oma in huis, het was vanzelfsprekend dat ze voor hen zorgden. Als er iets in de buurt was, werd er geholpen. Het naoberschap waar de BBB op hamert was schering en inslag in Goirle. We spreken elkaar de dag na de stembusgang. Hoe kan het dat de PVV in Goirle zo veel stemmen gekregen heeft? In de mooiste gemeente van het land! Waar het verenigingsleven bloeit als nergens anders! Waar er beleidsmatig zo goed gekeken wordt naar de minima! Chris Brock snapt het wel: Goirle was een arm textieldorp, veel 80 plussers hebben het nog altijd arm. Aangepaste woningen en voldoende zorg en aandacht is er niet meer. Ze voelen zich niet gehoord en gezien, een nummer op de wachtlijst. Omgekeerd schamen ze zich en laten zij zich niet zien, behalve in het stemhokje dus. Zijn wij de mooiste gemeente? Het is gewoon niet waar, dat zijn allemaal loze praatjes. Chris gelooft stellig dat we veel meer naar elkaar om moeten zien en elkaar moeten helpen, als vrijwilliger, want straks is er geen betaalde zorg meer. Niet in woord maar ook met daad.
In de schijnwerper wil Ine Sieben echt niet, we moeten haar wens respecteren. Ze wil alleen over het project praten waarvan ze momenteel de kar trekt: “de Marmot”. Het is een welbekende naam in Goirle, de Marmot was destijds de eerste peuterspeelzaal (waar nu Flanders zit). Marmots laatste locatie staat al enkele jaren leeg en zal vermoedelijk over een paar jaar afgebroken worden als de bouwplannen klaar zijn voor dit gebied tegenover het CC Jan van Besouw. Waarom is de Marmot momenteel “een project”? Omdat het de locatie gaat worden voor een ontmoetingsplek voor senioren, een lang gekoesterde wens eerst van KBO-Goirle en nu Senioren Goirle, een wens die onder het voorzitterschap van Wil van der Kruijs in de versnelling kwam, vooral toen hij Ine Sieben bereid vond om die kar te trekken. Er was eerst de vergeefse tocht langs de wijkcentra, de pastorie, andere plekken, totdat het oog viel op de leegstaande Marmot die eigendom is van de gemeente en beheerd wordt door het Dorpsteam. Ja, dat was het! Er kwam medewerking van de relevante instanties. Ine zocht en vond gastvrouwen en gastheren voor elk dagdeel van de week dat de Marmot open zal zijn (vanaf 1 januari 2024), die groep mag nog wat groter worden. Ze bezocht de Beursvloer waar ze gratis een complete inventaris aan tafels, stoelen, lampen, servies en keukenuitrusting op de kop kon tikken. Ze vond een binnenhuisarchitect die gratis adviseert bij de inrichting. Ze zoekt nog – en dit mag eigenlijk vet gedrukt worden – een of meerdere beheerders die erop toezien dat alle praktische zaken van gastvrijheid soepel verlopen. Ze zoekt een ploeg mensen die de handen uit de mouwen wil steken bij de inrichting, die een kwast kunnen hanteren om de boel op te schilderen. Doet Ine zelf ook nog iets? Dan komen we bij de typische, misschien wel zeldzame kwaliteit van Ine Sieben: ze bedenkt een plan, in dit geval voor alle senioren uit Goirle, met extra aandacht voor mensen die nu nog onzichtbaar blijven, die de weg naar activiteiten voor ouderen nog niet gevonden hebben. Dan gaat ze op zoek naar mensen die haar helpen het plan verder te ontwikkelen richting realisatie. Ten slotte zoekt ze naar mensen die permanent (voor zolang ze het kunnen) zich aan het project verbinden. Belangrijk is telkens dat die mensen het graag doen, want anders werkt het niet. Als dat gebeurd is zit Ines taak erop, dan trekt ze zich terug en dan bedenkt ze weer iets anders. Ze moet het zo wel doen, want anders was ze nooit thuis en zou ze haar tijd wel drie maal moeten uitgeven; zoals bekend kun je je tijd, net zoals de euro maar één keer uitgeven. Een en ander doet Ine me uit de doeken bij het genot van een paar koppen thee. Een theelichtje houdt het theewater op temperatuur. We besluiten dat de schijnwerper in haar geval een theelicht wordt. Als het maar licht geeft …
Aan de deur verschijnt een vrij kleine, stevig gebouwde man met een vriendelijk gezicht en een gebruind gelaat, zijn handdruk is krachtig. Als ik aan tafel zit richting boekenkast valt me een rug op met het woord Oceanië. Zijn visitekaartje heeft het beeld van een zeilboot varend over de golven tegen een strak blauwe lucht. Zo worden mijn eerste vragen bepaald door die eerste indrukken. Rob Itter is in zijn jonge jaren stuurman geweest op de grote handelsvaart. Maanden van huis. Toen hij met Ans trouwde en vooral na de komst van een dochter kwam hij aan de wal. Hij werd na de vereiste opleiding brandweer officier in Tilburg waar hij twintig jaar gewoond heeft. In 1991 verhuisden Rob en Ans naar Goirle, naar de Baanakkerstraat waar ze nog altijd tot volle tevredenheid wonen. Het varen over de wateren werd een liefhebberij: met een polyester zeilboot over de Nederlandse meren en binnenwateren en ook over de Noordzee met bestemmingen in België, Frankrijk, Engeland en Denemarken. Nee, nooit Oceanië. De kinderen (dochter en zoon) en de vier kleinkinderen voeren mee. Het is een afgesloten hoofdstuk, het varen is voorbij. Tegenwoordig reizen hij en zijn vrouw per auto door de Europese landen, ze genieten van de contacten onderweg, van de cultuur en de prachtige landschappen. In 2015 viel Rob van een ladder, brak zijn pols en zijn bekken. Hier komt het hoofdstuk vrijwilliger Senioren Goirle om de hoek kijken. Hij is coördinator van Dynamic Tennis, een racket-balsport met een lichtgewicht bal van schuimrubber waardoor weinig kracht nodig is om de bal te slaan. In de vorige Nieuwsbrief (oktober 2023) wordt het helemaal uitgelegd, ook dat je je nog steeds kunt aanmelden. Rob kon na die val minder dan voorheen, niet leuk, zegt hij, maar je moet blijven bewegen. Vroeger speelde hij badminton, maar dat ging niet langer. Het vormt een les voor veel van ons met tegenslag: maak er toch wat van, kijk uit naar wat nog wel mogelijk is. Een tweede les is dat hij zijn vrijwilligerswerk niet als een last ervaart omdat zijn aanwezigheid niet permanent vereist is: ze kunnen ook zonder mij. Een vrijwilliger moet voldoende ruimte houden voor andere dingen. Zo is het ook met zijn orgelspelen in de Opstandingskerk in Tilburg; daar maakt hij deel uit van een groepje organisten die bij toerbeurt spelen of elkaar kunnen vervangen. En hij doet nóg meer: hij is lid van de formulierenbrigade waar gemeenteraadslid Ad van Elsacker (ProActief Goirle) de kar trekt. Zijn ervaringen met “formulieren” doen hem begrijpen waarom er een affaire met kindertoeslagen kon komen: het is ingewikkeld, je moet heel precies zijn en de regels kennen. Naar zijn weten is er niemand die hij geholpen heeft de dupe geworden. Hoe het over heel Goirle zit weet hij niet. Ten slotte spreken we over zijn wijk: de werkzaamheden in ‘t Ven met dubbel riool hebben lang geduurd, maar het is goed voor het milieu en het is prachtig geworden … .
Frank van Tongeren-Nagelhout is voor Senioren Goirle verdienstelijk door haar coördinerende taak rond het yoga-aanbod. Daar hebben we het in eerste instantie over. Op dinsdagmiddag ademen drie yogagroepen in en uit, tussen 13.00 – 16.30 uur, in CC Jan van Besouw. Ze doen dat onder leiding van Corrie Roos. Frank coördineert en is ook deelnemer. Dat yoga onder senioren gewild is blijkt wel uit het feit dat ruim 10 jaar geleden begonnen werd met een groep, dat er inmiddels drie groepen zijn van tien personen, dat niet alle liefhebbers geplaatst kunnen worden: er is een wachtlijst. In tweede instantie hebben we het over haarzelf. Ze is geboren in Venray in 1950 als een na jongste van vijf kinderen. Haar ouders hadden in de Grotestraat een zaak in elektro, radio en tv. “Zoiets als Pigmans destijds aan de Tilburgseweg in Goirle.” Ze ging naar school bij de Ursulinen, na de MULO stond ze anderhalf jaar in de winkel, maar dat was niet wat ze wilde. Het kwam voor haar ouders als een schok toen ze te kennen gaf dat ze bij de politie wilde. Ze hadden haar graag in de winkel gehouden, maar elk kind had mogen kiezen, dus zij ook. Ze deed de politie-opleiding in Doenrade, solliciteerde bij de gemeentepolitie van Tilburg. Ze werkte bij de afdeling kinder- en zedenpolitie. Toen haar man Piet ook bij die afdeling kwam te werken, verzette Frank haar bakens. Ze deed een opleiding sociale dienstverlening en werkte vervolgens bij de Raad voor de Kinderbescherming, waar ze al affiniteit mee had vanuit haar vroegere werk. Ze stopte met werken toen ze kinderen kreeg (Harm 1976, Joost 1978, Maartje 1980). Toen ze na 9 jaar haar handen wat vrijer kreeg, ging ze werken in de receptie van Jan Wier in de Boerhaavestraat in Tilburg. Intern kreeg ze andere functies bij personeelszaken; ze werkte er 27 jaar tot haar vervroegde uittreding met 63. Haar man Piet was toen al met pensioen. Tijd voor andere dingen. Die andere dingen waren lange afstandsfietstochten naar o.a. Praag, Berlijn, Schaffhausen, de Middellandse Zee. In derde instantie praten we over gemeenschappelijkheden. Dat is het mooie van deze gesprekken met vrijwilligers: je leert mensen kennen die maar een haarbreedte van je verwijderd zijn geweest, die je niet hebt gekend, maar die onmiddellijk vertrouwd zijn. Zo blijkt Venray gemeenschappelijke grond: ook mijn familie komt daar vandaan. De Oranje Nassau-mijnen in Heerlen is iets dergelijks: zowel mijn vader als de vader van Frank hebben daar gewerkt. Haar vader heeft er haar moeder leren kennen. Heerlen is de omgeving van mijn jeugd. In 1977 kwamen Frank en Piet in Goirle wonen; onze kinderen hebben op dezelfde school gezeten, Biesendaal/Regenboog, soms in dezelfde klas. Piet herinnert me aan een dropping bij Riels Hoefke waar we samen aan deelgenomen hebben. We delen een door en door katholieke jeugd en opvoeding, we delen het gebeuren dat het van ons afgleed, bij de een sterker dan bij de ander …
Twee lijnen in het levensverhaal van Jacques Heeren tekenen zich af tijdens het gesprek: onderwijs en zang. Als jongen ging hij naar school op het Stuivesantplein, een van de twee niet-fraterscholen in Tilburg. De mulo was wel frater, de kweekschool Sint Stanislaus natuurlijk ook, zij het dat Jacques deel uitmaakte van de parallelklas met enkel jongens die géén frater wilden worden, de eerste groep externen (1958). Vijf jaar geleden was er een reünie, het was voor de “jongens” alsof ze nooit uit elkaar gegaan waren. Ze deelden een grote waardering voor het onderwijs van de fraters. Toen Jacques roeping tot het priesterschap bespeurde had hij een inadequate vooropleiding voor theologie: geen Grieks en Latijn. Dat haalde hij in op een speciale school die franciscanen daarvoor hadden in Amsterdam. Overdag stond hij aan een lagere school, ‘s avonds deed hij de humaniora. Hij studeerde twee jaar aan een grootseminarie in Reims, en toen dat perspectief verdween ontmoette hij Anne. Ze zijn nu 53 jaar getrouwd, kregen drie zonen en acht kleinkinderen, vier jongens en vier meisjes. Met zijn kandidaats theologie had hij 2e graadbevoegdheid voor godsdienstonderwijs. Hij werkte vijf jaar op een huishoudschool, daarna aan een opleiding voor verzorgende beroepen (MDGO) bejaardenzorg, kraamzorg, dokters- en tandartsassistenten, wat later ROC zou worden. Hij gaf godsdienstige stromingen, medische ethiek, gesprekken over leven en dood, gevoelige onderwerpen waarover je moet leren (durven) praten. Hij heeft daar 30 jaar met plezier gewerkt in allerlei onderwijs- en staffuncties. In zijn lessen werkte Jacques veel met kunst als invalshoek voor gesprek. Als voorbeeld geeft hij een afgezaagde olijfboom met een jonge spruit die uit de stomp ontspringt. Met zo’n beeld kun je veel doen. In 2003 ging hij met pensioen, werd lid van de KBO en mocht meteen de voorloper van ONS plus Nieuwsbrief rondbrengen. In 2004 deed de Unie KBO een oproep voor docenten die kunstcursussen konden geven, met een tweejarige opleiding. Hij werd uitgekozen, deed die opleiding en kwalificeerde zich met getuigschrift en al. In 2005 werd hem gevraagd bijeenkomsten over kunst te geven. Tot 2020 heeft hij voor heel Midden-Brabant (en daarbuiten) kunstcursussen gegeven op een stramien van: zeggen waarom je een kunstwerk wel of niet in huis zou willen hebben, toelichting, afgewisseld met luisteren naar muziek en een gedicht. Een gouden formule. In de Zomerschool 2023 gaat het verder, samen met KBO-Goirle, Thebe en De Wildacker. Zingen! Jacques heeft gezongen in het koor van Broekhoven 1, in de schola cantorum van Amsterdam en Reims, in Tilburgs Vocaal Ensemble, Ad Parnassum, Stichting Bachcantates. In oktober zingt hij met Da Capo het Stabat Mater van Pergolesi. Hij kreeg zangles van Marlies van Woerkom, met zijn bariton heeft hij alle grote koorwerken gezongen. Zingen is zijn lust. Wat vindt hij van de K (Katholiek) die weg moet ten gunste van Senioren Netwerk Goirle? Persoonlijk vindt hij dat jammer, maar de K werkt niet meer. Jacques zat 9 jaar in het bestuur, hij brengt nog altijd de Nieuwsbrief rond ...
Weer een vrijwilliger die zegt: “Van mij hoeft het niet, iedereen in de Senioren kent mij, maar Wil van der Kruijs zei: het moet.” Dus. Hanny en ik moeten elkaar lang geleden mis zijn gelopen op het schoolplein van bs Biesedael (tegenwoordig De Regenboog), maar haar kinderen Maurits, Alexander en Erica zijn schoolgenoten van mijn kinderen. Laten we met de school beginnen, want Hanny heeft heel haar werkende leven voor de klas gestaan, vanaf 1966 tot 2011 met een onderbreking van enkele jaren (en toen was ze oppasmoeder in de gymzaal van de Biesedael). De start is vermakelijk. De non van de kweekschool zei: “bel die school in Tiel”. Hanny belde en was aangenomen, ze hoefde niet eens te solliciteren. Ze heeft vier jaar in Tiel gewerkt. Toen een collega vanwege aanstaand moederschap ontslagen dreigde te worden, zei het hele personeel: “dan gaan we allemaal weg”, en het ontslag werd ingetrokken. Dat was nog eens solidariteit, er kwam geen vaSeniorennd aan te pas. Hanny heeft als invalkracht zowat alle basisscholen van Goirle gezien, daarna werkte ze 3 jaar in De Reeshof en ten slotte nog 20 jaar in De Blaak. Haar kinderen heeft ze uit haar eerste huwelijk. Haar huidige man, met wie ze 31 jaar getrouwd is, heet Cees Groenewoud, maar ze is zichzelf Schuurkes blijven noemen. Ze is geboren in de Dorpsstraat in Goirle in 1946. Ze heeft nadien in de Van Malsenstraat gewoond, de Duifstraat (nabij het Leypark), Maarten Luther Kinglaan en nu in de Louis Couperusdreef. Hanny is 11 jaar lid van de Senioren-Goirle, de eerste 2 jaar notuleerde ze voor het bestuur, de laatste 9 jaar was ze bestuurslid. Ze was contactpersoon voor een groot aantal activiteiten (jeu de boules, bridge, schilderen, handwerken, linedance en nog meer). Op die manier onderhoudt het bestuur contact met de basis; daarom kent “iedereen” Hanny ook. Tegenwoordig heet het “portefeuillehouder”, om verwarring te voorkomen met de contactpersoon die deel uitmaakt van de groepsactiviteit. Hanny moet zich nu noodgedwongen terugtrekken uit het bestuur en tal van activiteiten, want ze wordt geplaagd door een stevige osteoporose. Ze heeft een rugoperatie nodig, de wachtlijst is lang, ze hoopt op augustus. Ze hoopt vooral dat na de operatie de pijn weg is en dat ze dan weer vooruit kan. Deze Nieuwsbrief is dan allang uitgekomen. Ze is momenteel (we spreken elkaar op 4 mei) bezig met de organisatie van de Senioren-dagreis op 29 juni. Voor het eerst wordt die ondernomen met de Senioren Riel. Op de valreep meldt ze nog een activiteit, die naar ik vermoed, grote waardering ondervindt: ze zorgt voor een bloemetje en een kaartje bij gelegenheid van een huwelijksjubileum, een bijzondere verjaardag of overlijden. De voorwaarde is uiteraard dat zij het moet weten. Ze grinnikt: “misschien helpt dat en geven mensen het naar het bestuur door als er iets is.” Een bijzonderheid van dat “kaartje” is dat Hanny het zelf maakt. Volgens mij heeft voorzitter Wil van der Kruijs gelijk als hij zegt “het moet” …
Zeg Wil Uijens en je moet het hebben over Jeu de boules. Vier maal per week gaat hij naar de twee banen van De Wildacker. Op maandag schoffelen, harken en walsen; op dinsdag gooien. Op woensdag schoffelen, harken en walsen; op donderdag gooien. De twee banen zijn op dinsdag en donderdag beschikbaar voor Senioren-leden; van 14.00 uur tot 16.00 uur gooien zo’n 20 vrouwen en 4 mannen hun boules, met tussendoor een koffie- en theepauze. Inderdaad, het lijkt een vrouwensport te worden. Leuk om te horen dat tussen de vier mannen Simon de Goede zit, de eerste uit deze serie vrijwilligers van de maand. Je kunt dit spel tot op hoge leeftijd spelen; als je slecht kunt bukken helpt een magneet om de bal op te rapen. Wil is scheidsrechter, zijn geoefend oog geeft de doorslag, desnoods komt de rolmaat tevoorschijn. Zelf speelt hij nog maar weinig, zijn handicaps maken het steeds moeilijker. Het kleine stukje vanaf het Petershofje naar De Wildacker kan hij niet te voet afleggen, dat moet toch per auto. Dat brengt het gesprek op een opvolger die – hoe je het wendt of keert – toch binnen niet al te lange tijd gevonden moet worden. Wie o wie? Zoals uit het “werkschema” blijkt, vraagt de baan om voortdurend onderhoud. Hij doet dat onderhoud. Op andere dagen spelen anderen, soms zelfs kinderen die de baan als een zandbak gebruiken en kuilen maken. Voor zo ver Wil weet is hij de enige die de baan op orde houdt. Hij doet het nu achttien jaar. Wil is geboren en getogen in Goirle. Vele jaren woonden hij en zijn vrouw Gerda Smits in de Spinnerijstraat, dichtbij waar Kees van Rooij woonde, de onlangs overleden beheerder van de begraafplaatsen. Natuurlijk hebben ze hem goed gekend. Ze hadden daar een tuin van 50 meter diep, wie kan zich dat voorstellen? Moestuin, een grote vijver, hun paradijs met twee kinderen (een zoon en een dochter, de een woont in België, de ander in Curaçao). Sinds 7 jaar wonen Gerda en Wil in het Petershofje, zeer naar hun tevredenheid. Op 7 mei dit jaar zijn ze 52 jaar getrouwd. Veertig jaar geleden, op 3 maart 1983, heeft Wil een zwaar bedrijfsongeval doorstaan: anderhalve ton beton verbrijzelde zijn been. Wonder boven wonder is dat toch nog goed gekomen. Twintig jaar geleden kreeg hij een hernia, die bracht hem op 56-jarige leeftijd in de WAO en vervroegd pensioen. Toen is hij bij de Senioren gegaan. Ik vraag naar de kapper die vlak om de hoek zijn zaak had, Hans Uijens. Ja, dat is zijn neef. De vaders van Wil en Hans waren broers. In Goirle wil je altijd de familierelaties van mensen met dezelfde naam scherp hebben. Goed, ook deze vrijwilliger komt aldus in beeld, in de schijnwerper. Maar hij wil wel gezegd hebben dat het voor hem niet hoeft: ik hoef niet in de belangstelling te staan. Ik vermoed dat voorzitter Wil dat nog wel vaker zal horen.
Het is twee dagen na de verkiezingen voor Provinciale Staten en Waterschappen, we hebben over heel wat zaken gepraat, maar niet over de “historische” uitslag die elke vier jaar die kwalificatie lijkt te krijgen. Het leven in het maatschappelijke middenveld gaat gewoon door en daar voelt deze vrijwilliger van de maand zich als een vis in het water. Voor de Senioren-Goirle is hij onafhankelijk cliëntondersteuner Wmo, daarnaast is hij belastinghulp. Juist in maart heeft hij het druk met de belastingformulieren. Met zijn laptop gaat hij naar de mensen thuis; zij vormen al jaren een vast bestand. Ze leggen de nodige papieren voor hem klaar en dan gaat hij aan de slag. Hij doet het graag, het is dankbaar werk. Cliëntondersteuning Wmo vindt hij ook interessant, maar het is nu met het Dorpsteam (Contour de Twern) wel een paar slagen ingewikkelder geworden. Het lijkt hem echter niet te bedrukken. Maurice van der Stee, een lentekind, geboren op 21 maart 1947 in Langeweg – weet je waar dat ligt? – is iemand die graag problemen oplost, resultaten wil zien. Hij deed HTS werktuigbouwkunde en Economische Bedrijfstechniek, was bij NV Philips als arbeidsdeskundige betrokken bij proeffabricages (toen nog aan de lopende band) voor televisietoestellen en radiocassetterecorders, werd nadien organisatie-medewerker bij de gemeente Tilburg onder de burgemeesters Letschert en Brockx. Hij werkte bij de waterzuivering, totdat de gemeente het uit handen gaf aan Waterschap de Dommel. Met zijn hele afdeling verhuisde hij naar het Waterschap. Op het laatst van zijn loopbaan bekwaamde hij zich nog in audit en deed vervolgens een klus op dat gebied. Met 63 ging hij in de VUT. Nee, de politiek heeft nooit zijn interesse gehad, hoewel hij inderdaad uit een CDA-nest komt, van boerenafkomst is, de vader van Fons van der Stee, zijn neef die minister van Landbouw en van Financiën was, was zijn peetvader. Politiek is voor Maurice te stroperig, hij is van Plan-Do-Check-Act: de Kwaliteitscirkel van Deming, zo leer ik. Naast zijn werk was Maurice actief bij IVN-Oisterwijk, hij weet dat de natuur uit balans is en dat er echt maatregelen nodig zijn. Zo komen we toch uit bij BBB en de recente verkiezingen. Is hij zelf in balans? Daar moet hij een paar seconden over nadenken. Hij vindt van wel en vertelt hoe hij dat doet: wandelen, reflecteren, je doelen stellen. Hij is met 70 naar Santiago di Compostella gewandeld, vanaf de Pyreneeën; met 75 van Compostella naar Finisterre en terug, met 80 wil hij weer een flinke tocht maken als het er in zit. Hij en zijn vrouw (ze kregen drie dochters) wandelen vierdaagses. Hij werkt graag in zijn patiotuin. Als een buur de tuin niet meer aankan doet hij die ook. Uit een ander verhaal – te lang om hier op te tekenen – blijkt dat helpen voor Maurice een tweede natuur is. De Senioren-Goirle boft met deze vrijwilliger die sinds 2010 lid is. “Het hulpaanbod is voor iedereen, niet alleen voor de leden,” zegt hij.
Leo van Zeeland werd in Helmond geboren, ging naar de kweekschool en werd volledig bevoegd onderwijzer. Onderwijzer: hij vindt zichzelf geen leraar. Vier jaar werkte hij op de dovenschool in Sint-Michielsgestel en voor de rest van zijn arbeidzame leven op de Armhoefse Akkers in Tilburg. Hij trouwde met Toos van den Hoogen, dit jaar 48 jaar geleden. In 1978 kwamen zij in Goirle wonen. Voor Leo is één leven eigenlijk te kort, want hij heeft vele belangstellingssferen. Hij is natuurvriend, kunstenaar, verzamelaar, vrijwilliger, goede buur (beter dan een verre vriend). Als natuurvriend kent hij elke vogel die door de lucht vliegt, elke plant die uit de grond opkomt; de sporen van het wild. Hij plagt op de eerste zaterdag van de maand op de Regte Heide, is elke woensdagmorgen actief voor Brabants Landschap bij de Nieuwe Hoef, bezoekt met een paar andere liefhebbers verre landen om vogels te spotten: Suriname, Turkije, Georgië, Belarus, Marokko. Als kunstenaar, met een gedegen opleiding in Arendonk, werkt hij ruimtelijk met vormen in hout of karton in een schier eindeloze variatie. Hij exposeerde o.a. in het Goirlese gemeentehuis, in Galerie de Roos in Tilburg, in de Flierefluiter in Hilvarenbeek. Leo is een verzamelaar. Hij verzamelde duizenden voorwerpen van allerlei soort, ik noem slechts de suikerzakjes en – curieus – verloren handschoenen. Die handschoenen vond hij op weg naar school en weer terug naar huis, op de talloze fietstochten na zijn pensioen. Toen hij honderden verzameld had ging hij tellen: hoeveel linker- en hoeveel rechterhandschoenen. Het verraadt een wetenschappelijke inborst. Hij verzamelde zwerfvuil, nog voordat meer mensen die belangrijke maatschappelijk taak gingen uitoefenen; hij kreeg weleens de vraag of het een taakstraf was. Leo is de vrijwilliger pur sang. Hij knot knotwilgen, bouwt of restaureert bakhuisjes, maakt dakgoten schoon van hemzelf en de buren, de opsomming is verre van volledig. Verleden activiteiten schrapt hij rigoureus uit het concept-portret: die vindt hij niet meer relevant (het portret “vecht” sowieso met zijn welhaast aangeboren bescheidenheid). Je kunt hem bijna voor alles vragen, behalve voor besturen. Hij houdt niet van vergaderen en vindt al gauw iets geklets. Hij is een man van weinig woorden, maar van veel daden. Overigens vindt hij dat fietsers voorrang moeten hebben bij rotondes, maar wint die strijd vooralsnog niet in Goirle. In december 2010 ontving hij de Vrijwilligersprijs van de gemeente Goirle. Een opmerkelijk feit is dat hij met zijn buurman – de schrijver van dit portret – al bijna 45 jaar op zaterdagmorgen jogt over de Regte Heide of bij grote nattigheid rond de Grobbendonck en Abcoven. Na afloop steevast koffie drinken met de echtgenotes erbij. Tijdens zo’n nazit is ook dit portret samengesteld en daarna opgeschreven. Leo is sinds 2010 lid van de Senioren-Goirle, vanaf 2017 steekt hij ook hier de handen uit de mouwen: hij brengt het verenigingsblad naar de 36 bezorgers die het vervolgens in de bus deponeren van de leden. Fysieke kenmerken: helblond haar, twee rechterhanden, het hart op de juiste plaats.
Het is goed om je vooroordelen doorkruist te zien! Als ik op verzoek van Wil van der Kruijs, de nieuwe voorzitter, mijn eerste portret maak voor “vrijwilliger van de maand” en in contact kom met Simon de Goede, denk ik: deze 90-jarige man zal al heel lang lid zijn van de Senioren. Maar nee, hij is het pas een paar jaar, ondanks dat hij al 24 jaar in Goirle woont – in een prachtig penthouse aan de Peter Benensonstraat. Vier jaar geleden overleed zijn vrouw Wies op 87-jarige leeftijd. Hij had een paar jaar nodig om zich te herpakken, maar toen leefde hij weer op. Hij ging jeux de boules doen bij De Wildacker. Eens per maand samen eten. Omdat het activiteiten waren van de Senioren vond hij het billijk om lid te worden. Tijdens zijn eerste jaarvergadering kwam hij in de kascommissie. Hij ging voor de Senioren artikelen schrijven in Goirles Belang. Ik ben in gesprek met een levenslustige, vitale, energieke man. Hij is 90, maar ziet er uit als 70 en zo voelt hij zich ook. Zijn verhaal is misschien exemplarisch voor veel Senioren-leden en zegt iets over het karakter van deze vereniging. Je zoekt contact, je wilt iets voor elkaar doen, het leven krijgt meer inhoud.
Simon de Goede werd geboren in Amsterdam, in 1932. Toen hij mid-twintig was zeiden vrienden: je wordt chagrijnig, het wordt tijd dat je een vrouw ontmoet. Dat vond hij ook, liefst een gezellige Brabantse. Het werd de Brabantse Wies die toen in Amsterdam verbleef. In 1958 trouwden ze, ze bleven elkaar hun leven lang trouw, ze kregen een dochter en een zoon, en een rits kleinkinderen en achterkleinkinderen, zo vat hij samen; kijk maar, en hij wijst me glunderend naar de foto’s aan de wand. Simon werkte altijd in de automatisering, de systemen en de organisatie daaromheen (niet de hardware). Het voerde hem naar de Waterleiding, de Gemeentegiro, Verkade, het Nederlands Rundvee Syndicaat, een Handelsmaatschappij in terminals. Niet naar de Overheid? Niet naar het ziekenhuiswezen? Daar hebben ze heldere koppen toch hard nodig, gezien de ict-warboel die daar heerst? Simon weet het en schudt zijn hoofd. Hopeloos! Die organisaties zijn te groot, daar zijn te veel koninkjes in hun eigen domeintje, je komt er nooit tussen. Ze zijn met hun eigen zaak bezig, grote lijnen zien ze niet. 24 jaar geleden wilde zijn vrouw terug naar Brabant. Ze gingen in Goirle wonen in een nieuw appartement dicht bij het centrum, met grote bomen om hen heen; ze hadden nooit ergens zo goed gewoond.
Simons levensfilosofie is boeddhistisch: alles wat een begin heeft, heeft een einde. Leef volgens dit inzicht en je zult gelukkig zijn. Van René Diekstra heeft hij: als je doelen opraken kan dat de duur van je leven beïnvloeden. Simon leeft gezond, beweegt veel, schildert, rijdt voor Automaatje. Hij maakt zich alleen druk om dingen die hij kan verbeteren. De aardbeving: wat kan ik daaraan doen? Ja, geld storten op 555.